Pagina's

dinsdag 14 december 2010

In imperfectie toont zich de ware mens

Oei, wat vind ik het toch moeilijk om 'imperfectie' te accepteren. Ik denk dan aan: dat ik fouten maak, dat ik het niet eens ben met iemands mening (die zelfs 'stom' vindt), dat ik nog steeds niet de website op orde heb gemaakt terwijl die nieuwe tekst al maanden in mijn hoofd zit, etc. Ik heb daar over zitten nadenken waarom dat toch is, dat ik imperfectie zo lastig vind om mee te dealen. En ook, wat dat dan is: imperfectie? Want: bestaat dat eigenlijk wel, of is dat een bedenksel in mijn hoofd?
Je zou kunnen zeggen dat imperfectie bestaat, als er ook perfectie bestaat als tegenpool. Maar, en hier begint het ingewikkelde spel: zowel perfectie als imperfectie zijn een subjectief begrip. Wat ik een prachtige trainingsdag vond, kan de ander benoemen als 'ik heb weinig nieuws geleerd'. Wat ik een 'dat heb ik echt veel te lang voor mij uitgeschoven' actie noem, ziet een ander als 'je hebt andere zaken opgepakt, en dus de juiste prioriteiten gesteld'. Waar ik me nog steeds groen en geel erger aan de superlelijk (dus niet-perfect) door mijn schoonpa afgezaagde kastjes bij ons op zolder, ziet mijn lief deze niet eens meer. "Fijn dat ze af zijn, he?!"
Kortom: absolute perfectie en imperfectie bestaan dus niet. PUNT. Hoeveel competentieprofielen we ook met elkaar afspreken, hoeveel KPI's, het blijft een persoonlijk gekozen norm voor 'de open werkelijkheid zelf' die nooit vast te leggen is.
Wat maakt dan dat ik zo'n last heb van imperfectie, terwijl het niet bestaat?! HAHA, dan kan ik er ook wel weer om lachen, terwijl toch... Mijn uitkomst is de volgende: perfectie en imperfectie zijn dezelfde polariteiten als gelijk vs. verschillend of samen vs. alleen. Als de ander iets anders vindt of doet dan ik zelf, en ik label dat dus onbewust direct als 'imperfect' ... zegt iets binnen in mij eigenlijk: "Jij moet hetzelfde vinden als ik, het doen zoals ik wil, want anders... sta ik alleen. En dat wil ik niet! Boehoe!"
Jaha, en DAT heb ik natuurlijk totaal niet door op de momenten dat ik uit mijn slof schiet, en vol vuur mijn kijk en gelijk op de trainingsdag /de werkvorm / de samenwerking / 'hoe je zolderkastjes moet afzagen' verdedig. Nee, want daar spring ik weg van het oh zo bedreigende 'daar sta ik alleen' gevoel. Dus, beste collega, klant, deelnemer, als je mij weer een keer fel uit de hoek ziet komen, glimlach dan naar de Kleine Mariette, die niet alleen wil staan ... en de Grote Mariette zal zich herpakken en je glimlach beantwoorden. "Oja, imperfectie bestaat niet".

zaterdag 18 september 2010

De vonk van theater

Soms komt alles bij elkaar: het spel, de dialogen die grappig ontroerend en pakkend zijn, de casting die klopt, heftig en intens gebruikt decor, en een goed script. Ik heb het over het theaterstuk "Plastische Vervorming", gespeeld door Het Arsenaal en Jetzt in de - nog in gebruik zijnde - HTM tramremise in Den Haag.
Gisteravond ... na een dollemansrit van huis naar Den Haag via een noodzakelijke omleiding langs Leiden omdat de A12 potdicht stond met 20 km file vanwege een ongeluk, en wij dus te laat gingen komen op de voorstelling, en ik zonder succes 1,5 uur rijdend door de regen een "relax, want we kunnen er toch niets aan doen"-mantra op mijzelf uitoefende ... genoten wij van deze voorstelling van ruim 1 uur en 3/4 uur.
Yes! En geen moment fladderde mijn aandacht weg, dacht ik aan: "goh, morgen moet ik zelf nog optreden... hoe ging dat 'loopje' ook al weer?" of "zouden we 1, 2 of geen bonnen hebben binnen gesleept?" of "hoe laat was het ook al weer klaar, want ik moet zo nodig plassen!". Niks van dat alles, ik zat ín het stuk, ín het verhaal, ín de spelers, ín de muziek. Dan moet er iets ontzettend kloppen, want ... zo mooi vind ik niet alle theaterstukken. Is het spel 'nét niet' of het verhaal gewoon heel vervelend. In dit stuk klopte het.
In "Plastische Vervorming" gaat het - in mijn ogen - over de ogenschijnlijk onzichtbare en onafhankelijke loop van levens en gebeurtenissen, een spel van toevalligheden. Terwijl als je goed kijkt, er loepzuivere samenloop van lijnen en pijnlijk confronterende kruispunten aan te wijzen zijn, die de verwevenheid en onderlinge afhankelijkheid van ons als mensen weer zo duidelijk maakt. Niets staat op zich. Alles blijkt anders te zijn als je goed kijkt. Niet per se mooier dan jezelf bedacht had, wel realistischer. En dat gebeurt er dan ook met de hoofdrolspeelster in het stuk: zij ontdekt de loop van de lijnen, de onderlinge verbondenheden, die een nieuw beeld van haar vader creëren, wie hij echt was en waarom hij de dingen deed zoals hij ze deed.
Dat brengt mij bij mijn eigen gedachtenpuzzel van deze week, die ontstond naar aanleiding van een interne Baak-training die op zijn zachts gezegd het een en ander bij mij losmaakte. Ik kwam erop uit dat wat er gebeurde in die training en wat ik daar verder te leren heb, te maken heeft met 'omgaan met imperfectie', ofwel realistisch worden over hoe het leven in elkaar zit. Het gaat erom dat iemand- dat kan ik zelf zijn of iemand anders - per definitie 'imperfect' is, omdat wij nooit kunnen voldoen aan de door ons zelf geschapen ideaalbeelden. Als mensen die: altijd goed, aardig, slim, precies, invoelend, eerlijk,.... zijn. Waardoor je het áltijd eens bent, elkaar snapt, aardig bent voor elkaar, geen conflicten hebt, elkaar geen pijn doet. Want zo 'perfect' zijn we nu eenmaal niet. Daar zijn we mens voor. En als je dat ziet, écht wilt en kunt zien, zie je het ware leven. In al zijn prachtige pijnlijkheid en raakbaarheid.

ps. wil jij ook naar dit stuk - zeker doen! - dan heb je nog tot eind oktober de kans.
meer info op: www.theatergroephetarsenaal.nl

dinsdag 7 september 2010

Coachen vanuit contact

Vandaag bereid ik met mijn collega Godfried Ijsseling (http://godfriedijsseling.blogspot.com) de eerste module voor van een training voor beginnende coaches. Wat wil je leren als beginnende coach? Over het algemeen staat de leervraag "structuur van het coachingsgesprek" met stip op 1, ofwel: de vaardigheid om het gesprek vorm te geven en ergens "naartoe te werken". Logische vraag, als je hierin met gezond verstand praktijkervaring hebt opgedaan, maar een bepaald theoretisch kader en praktisch handvat mist. En dus niet goed weet waar een coachingsgesprek heen gaat en of dat met wat meer structuur gerichter zou zijn.
Het leuke is... dat weten wij (als meer ervaren coaches) ook nog steeds niet. Ja, wel over die handvatten, maar niet waar het coachingsgesprek heen gaat. Dat is namelijk zo oningevuld als het leven zelf. Uhuh! hoor ik je denken. Lekker dan! Doe ik daar een coach-opleiding voor? Ja en nee. Uiteraard bieden wij je methoden en structuur voor hoe je een gesprek kunt insteken. Zodat je aanpak bewust is en je bijv. met opzet aanstuurt op het vinden van "succesfactoren" en toewerkt naar een oplossing met de coachee voor diens nieuwe manier van handelen in een specifieke situatie.
Tegelijkertijd is onze visie: de relatie, het contact in het hier-en-nu, en daarin jouw houding als coach, is meer bepalend voor proces en resultaat, dan welke tool / methode / handvat dan ook. Als je je niet bewust bent van hoe jij kijkt, vanuit welke drijfveren jij coacht, welke (overdrachts)patronen kunnen opspelen bij jou in reactie op je klant... dan raak je alsnog verdwaald met je coachee in een onzichtbaar web van verwarring. Speel jij, voordat je het doorhebt, een rol in het verhaal van de ander, en de ander in jouw verhaal. In plaats van dat je met een open blik en open hart daadwerkelijk met de ander in contact staat en de intentie van iemand kunt 'zien' onder diens, soms minder fraaie of verhullende of afwerende, gedrag.
Dus ja, daar gaan we voor: het boven tafel krijgen van "jouw verhaal", jouw onderliggende drijfveren, overtuigingen, manier van kijken naar de wereld. Om vanuit daar te oefenen met een "open blik" waarmee je de ander werkelijk ontmoet i.p.v. vanuit een gekleurde bril. En dat vraagt van ons, als trainers, hetzelfde te doen: ook met de billen bloot en onze eigen verhalen op tafel hebben. Spannend maar ook zo "waarachtig" om te doen, dat ik er zin in heb. Coaches in spé, here we go!

zondag 27 juni 2010

Lekker langzaam wandelen...

Vandaag de laatste dag van onze wandel-meditatiegroep. Het weer is stralend, onze groep klaar voor een heerlijke wandeling in de natuur van de Heuvelrug. Ik verheug me op een stevige wandeling afgewisseld met 'meditatie in beweging' (of noem het 'lichaamswerk', maar de naam 'werk' doet het geen eer aan). Maar nee, nadat we de eerste bocht om zijn gegaan, het bospad in, zegt onze lerares: "En wandel nu eens met volle aandacht, stap voor stap je voeten afwikkelend, zo langzaam dat je het wisselen van je gewicht van de ene naar de andere voet kunt volgen. En je elke stap de grond, en alles wat daar ligt, kunt voelen".
Tergend langzaam, stap voor stap, kruipen we vooruit, in mijn beleving dan. En dan is het zelfs nog weekend, een moment in de werkweek dat ik gewoonlijk ook niet zo per se hoef te haasten... En toch, mijn eerste gedachte, die zich toont in een welhaast priemende boze blik in de rug van mijn lerares die voorop loopt, is: "Wat gaat dit i-di-oot langzaam! Hoe moet ik dit volhouden...". En natuurlijk loopt er een wandelaar met hond ons met stevige passen voorbij, die ons 'lollig' toeroept: "Goh, ik dacht dat jullie vastgeroest zaten, haha" ;(
Maar ik ben ondertussen ook wel dusdanig getraind in meditatie en de daarbij behorende reflectie op mijzelf, dat ik me realiseer: Zó veel haast heb ik, zo weinig ben ik gewend écht stil te staan. Zonder doel te zijn. Niet vooruit gericht te zijn, maar alleen stap-voor-stap het nu ervaren. Ondertussen moet ik enorm gapen, en snap dus dat ik eigenlijk best moe ben, en ergens wel zin heb in vertraging. Confronterend en tegelijkertijd heel inzichtelijk: ik ben dus altijd onderweg, iets aan het doen, het tempo ophoudend van "ik ben iets aan het doen, hoor, ik ben op weg iets te bereiken, ik ben nuttig, hoor".
'Iets doen' is natuurlijk ook iets waar we op ons werk, en vaak terecht, op aangesproken worden: doelen stellen en resultaten behalen. Ergens naar op weg zijn: het afronden van een project, het ontwikkelen van een nieuw product, het behalen van omzet. Allemaal heel logische en zinnige dingen voor een organisatie die wil blijven bestaan.
De kunst is dan, voor mij (en ik denk voor velen met mij) om in die vooruitgerichte drive van het werken, de aandacht te ervaren in het moment. Hoe dan? Eenvoudige dingen als: je even te concentreren op je adem, of je voeten te voelen als je van de ene naar de andere kamer loopt, je koffie écht te proeven en niet tegelijkertijd je emails op je blackberry bekijken. Dat soort dingen. Eenvoudig en doeltreffend, zou ik bijna zeggen, maar dan niet om iets te bereiken, maar juist om even te 'zijn' in plaats van te 'doen'.
Als je meer wilt lezen over de kunst van 'tergend langzaam wandelen' ;) lees bijv. het boek van Thich Nhat Hahn, Wandelen in vreugde, een gids voor loopmeditatie (1998) of Meditatief wandelen (met CD, 2008) van dezelfde leraar en een leerling van hem, Nguyen Anh Huong.

zaterdag 20 maart 2010

Gewoon mijzelf zijn

Opgelucht en uitgelaten kwam ik gisteren terug van een sessie bij mijn coach: hoera, ik mag gewoon mijzelf zijn! Niet omdat zij zei dat dat mag, maar omdat ik zelf weer inzag hoe ik daar de keuze in heb mijzelf te zijn, en precies te waarderen hoe ik ben. Ja, want zo zijn wij mensen nu eenmaal gebakken: dat we denken dat we niet onszelf kunnen zijn in relatie met anderen (al lijkt het bij sommigen van wel, maar daarover later meer...).
Wat was de kwestie: voor wie mijn vorige blog heeft gelezen zat, of zit, ik in een periode van enorme drive tot zaken bewerkstelligen, vanuit dat 'creatorschap' en de energie die dat losmaakt. Ik manage allerlei programma's tegelijkertijd, ben trainingen aan het ontwerpen, spring in spannende klussen met klanten, geef zelf training, neem beslissingen in teams... en verrek: wat gebeurt er een hoop! Ik geniet daarvan, van die flow, van de (kleine en grote) successen. Tegelijkertijd voel ik heus ook: er moet wel binnenkort een rustmoment komen, een break om even uit deze sneltrein te stappen die met volle vaart en eenpuntige doeltreffendheid door het landschap van de Baakse wereld raast.
Maar goed... ik maakte mijzelf en mijn gedrevenheid "fout", onder andere omdat mijn partner mij aansprak dat ik wel erg weinig aandacht voor haar, huis en hond vertoonde. En er wat bleekjes begon uit te zien. Klopt: die diesel van mij stopt niet zomaar, en als ik eenmaal aan de gang ben, zie of hoor ik ook weinig tot niets om mij heen. Ik noem het focus, zij noemt het 'afwezig zijn'. Voor haar bén ik dan ook afwezig, dus daar heeft ze een punt. Alleen: haar appèl hoorde ik als: ik moet dus 'anders zijn', eigenlijk: zijn zoals zij wil.
Kijk, en daar ga je dus de fout in als partner: denken te horen dat je niet jezelf kan zijn en dan maar voor de goede lieve vrede schipperen, aanpassen, je eigen behoefte opzij zetten, en jezelf fout maken dat je uberhaupt een andere behoefte hebt. Want onderhuids doe je natuurlijk toch gewoon je eigen ding, zo van: "schat, kom je nu mee naar de winkel?" - "jaha, ik kom eraan!", en dan pas een half uur later, vele emails en gedachten verder, achter je laptop vandaan gehold komen. Partner: stoom uit de oren. Ik: geïrriteerd, want "ik bén er toch nu?!". De collusie van het soort-van-samen-zijn is weer helemaal opgebouwd.
Mijn coach liet mij inzien dat het erom gaat helemaal te waarderen wie ik ben, die diesel die eenmaal op gang een sneltrein wordt, of, - zoals zij het beeldend voor zich zag - een fles champagne waar de kurk van afspringt en de bubbels eruit ploffen. En nóg een fles... en nog éen... PLOFFFFFF!!! En te zien dat ik daarin verschil van mijn partner, die zij omschreef als een 'rondborstige volle rode wijn' (mijn partner herkende zich hier helemaal in), en die op meer gemoedelijke wijze haar werk wil afhandelen, met her en der een pauze, daar waar ik niets ontziend doorstoom. En dan de kunst: elkaar helemaal in waarde te laten in hoe je bent, en (voor jou onbegrijpelijk of irritant) gedrag te accepteren, tenzij het jou of jullie relatie dusdanig hindert dat je het ter sprake moet brengen. Maar dan nog... de keuze ligt bij ieder om een handreiking te doen naar de ander, het bekende 'geven en nemen' in een relatie.
Bij mij gaan dus vaak de alarmbellen rinkelen (omdat ik het zelf zo goed ken!) als iemand zegt dat 'ie altijd de harmonie nastreeft. In essentie een prachtige waarde, maar streeft iemand naar harmonie uit angst om de ander kwijt te raken als 'ie zijn eigenheid ten volle laat zien, of als pure vrije waarde van afstemming in een groter geheel? Omgekeerd: iemand die met ferme termen aangeeft dat bij hem/haar "vrijheid op één staat", leeft die persoon ware vrijheid in besef van de inherente afhankelijkheid van anderen, of is het 'vrijheid op je eiland' en daarmee net zo min je eigenheid leven als de harmonie-zoeker?!
Ik heb het vast al eerder geschreven, maar jezelf zijn is je eigenheid ten volle leven IN RELATIE. In het besef van afhankelijkheid van anderen, in het zien dat jouw gedrag en keuzes invloed hebben op de ander. En dan zonder jezelf bij voorbaat weg te cijferen, of de ander weg te cijferen door 'op je eiland' te gaan zitten, in contact te treden. Je hebt altijd weer de keuze om vanuit die openheid de ander fris en nieuwsgierig te ontmoeten. Dat voelt voor mij écht als vrijheid leven...


donderdag 11 februari 2010

Creëren vanuit openheid

Ik ben 'op retraite' geweest. "Oh, is dat zoiets als: vier dagen op een kussentje zitten, eten in stilte, ergens op een afgelegen plek"?". Ja! "Dus je was lekker helemaal rustig geworden en nu ben je gewoon weer in de drukte van alledag gesprongen. Niks veranderd dus!". Nee!
Hoewel ik je (in mijn fantasie bedachte, en zeer wel mogelijke) reactie kan begrijpen, en het wel degelijk zo gegaan is met mij na menige retraite, is het nu ab-so-luut anders. "Ja-jaaaa!" hoor ik de cynische lezer denken. Ja echt. Ik leg het uit:
In de retraites die ik volg ligt de focus zeker en altijd op afstemmen op openheid, op Rusten in Zijn. Dus: alles laten zijn zoals het is, met een open blik kijken naar wat zich aandient. Alle referentiekaders laten vallen, je bekende wereld (die de psyche elke keer weer opbouwt en die je houvast geeft) laat je los. Vaak met de nodige angsten! "En daarna... gebeurt er dus niets?!".
Let op, nu komt de crux: daar, juist op dat punt, vanuit die "grondeloze grond", daar begint het pas! Daar ben jij Zelf aan zet. En ik zeg "Zelf" met een grote Z, omdat je daar gaat creëren, vormgeven, leven, als vrij Zelf, als Creator, als Koning. Niet als die "kleine ik" die zoekt naar bevestiging, die altijd weer de oude beelden (van pappa en mamma) plakt op de buitenwereld en inschat 'of ie veilig is of niet' voordat ie tevoorschijn komt. Nee, de Creator start vanuit openheid en spiegelt zich dus aan niets en niemand, die geeft vorm vanuit een innerlijke stroom van: dit is er te doen, dit heb IK te doen.
"Zweverig hoor!". Ik kan je zeggen: ik voel me alles BEHALVE zweverig. Ik wou dat ik je de ervaring kon overzenden in al jouw cellen via deze tekst ... maar dat is lastig. Ik voel me krachtiger dan ooit, gegrond als een dikke eikenboom, vol ideeën en plannen en lef. Ik ben beslister, duidelijker, contactvoller. Dat merk ik in hoe ik teamvergaderingen leid, in hoe ik keuzes maak in mijn (eindeloze) to do lijst, in hoe ik mijn partner benader.
Volgens mij is dit waar het om gaat, Doen wat je Wilt, ja, maar dan wel vanuit die 'open, frisse blik' zonder enige hang-up aan welk oud concept dan ook. Noem het: authentiek leiderschap, dienstbaar leiderschap, bezielend leiderschap, het ware ondernemerschap, creatorschap.
Gun ik iedereen hierom een retraite? Uhm, ja. Haalbaar? Wellicht niet. Maar begin 'gewoon' eens met alle oude beelden loslaten die je van jezelf en anderen hebt, elke dag weer, en start vanuit die 'open blik'. En kijk eens wat een effect dat heeft op je contacten, en op je resultaten. Ik kan alleen maar zeggen: Creator zijn, dat voelt als ... Powerrrrrrrrr.

woensdag 6 januari 2010

Geef weg wat je te geven hebt

Een geluksmoment, zomaar op een wandeling door het bos met mijn hond (wat vaak al een geluksmoment an sich is):
Drie jochies spreken mij aan, buiten, bij een uitstalling met een tafel, plastic Ikea bekertjes en een thermoskan: "Mevrouw, wilt u een kopje thee?". Blij verrast, maar met mogelijk een Hollands pruimenmondje zeg ik: "Tja, op zich wel, maar ik heb geen geld bij me...", er vanuit gaand dat deze drie jonge mannen - in de leeftijd 3 tot 5 jaar zo schat ik in - het ondernemerschap aan het beproeven zijn. Maar nee hoor, met een: "... het is gratis hoor" en drie blije gezichten die mij vragend aankijken, maken zij in één keer mijn dag goed.
Ik krijg eerst 'de beloning' aangeboden (een doos met kleine steentjes, waar ik er met zorg eentje uitpik). Om vervolgens met veel zorg (en oeps, met beetje sneeuw in de beker als deze op de grond valt) een kopje thee aangeboden te krijgen door jochie 1 (kleine potglazen op zijn bijziende kijkers). Mijn 'beloning' voor hun dienst geef ik met veel egards terug, en krijg van jochie 2 (het stoere vriendje van jochie 1, met lange lok en 'looks' waar de meiden nu al voor vallen;) een theedoos aangeboden waaruit ik mag kiezen uit meerdere smaken. Om van jochie 3 (het kleine broertje van jochie 1, even vuurrood haar als mijn Kooiker hondje, mooi gezicht met sproeten en stralende kijkers) een glimlach te mogen ontvangen waar elk hart van smelt. Vrolijk lachend en met een "bedankt jongens, succes met jullie café" loop ik terug naar huis.
Jee, denk ik. Zo makkelijk is het dus om iemands dag zonnig te maken: je biedt iets aan, zomaar, omdat je dat leuk vindt, je er zelf blij van wordt om daar mee bezig te zijn, en iemand anders geniet daarvan. Dat doet mij denken aan een interview in de Happinez (http://www.happinez.nl/) met een zeer ondernemende man Martijn Aslander (http://www.martijnaslander.nl/) , die zegt: "Verbind je met anderen, gebruik je talent als je kompas en wees niet bang eerst te geven voor je iets ontvangt. Zo bouw je mee aan een nieuwe economie." Zo richt hij nu ook zijn werkende leven in: hij geeft adviezen, workshops, presentaties, en laat de ontvangende partij bepalen wat hij/zij het waard vindt daarvoor te betalen.
Al zie ik mijzelf nog niet geheel op die wijze in mijn levensonderhoud te kunnen voorzien, en ben ik waarschijnlijk een stuk behoudender dan deze snelle, ondernemende Martijn, toch spreekt zijn 'motto' mij aan. Als ik toch zo eens zou kunnen denken over 'werk', hoe zou dat uitpakken bij mij? Hoe zou ik mijn talent benoemen dat ik de wereld ga aanbieden, zomaar, vanuit 'rijkdomsbewustzijn'? Zou dat werkelijk kunnen, om zo tot een nieuwe ecomonie te komen, waarbij - zoals bij de drie kleine mannen uit mijn ontmoeting - geld overbodig wordt, en wij talent uitwisselen?